Elke verandering van voersoort vergt een nieuwe rantsoenberekening. Dat is nodig om de koeien naar verwachting te laten presteren. Inagro hecht veel belang aan deze factor en beschouwt de rantsoenberekening als een van de hoofdactiviteiten van de bedrijfsadvisering melkveehouderij (BAM).
Via de rantsoenberekeningen willen we een optimale productie bekomen op een economische manier. We streven daarvoor naar de optimalisatie van ruwvoeders. Daarnaast volgen we het rantsoen van de droogstaande koeien op. Een gericht en consequent transitiemanagement zorgt enerzijds voor een goede opstart van de melkproductie en anderzijds voor minder probleemkoeien. Dat is niet alleen belangrijk voor van de rendabiliteit - denk maar aan behandelingskosten, productieverlies, uitval - maar zorgt ook voor minder arbeid en meer voldoening. Het rantsoen van droge koeien moet aan meerdere voorwaarden voldoen om zo een vlotte opstart van de volgende lactatie te hebben.
BAM werkt volledig onafhankelijk en is aan niemand verbonden. Als veehouder bepaal je zelf met welke leverancier je samenwerkt.